Het is vier uur s’middags op 3 mei 2013 als een groot aantal mensen samengekomen zijn bij het oorlogsmonument aan de Oude Zeeweg in Noordwijk aan Zee. Burgemeester J.P. Lokker zal spreken op deze bijeenkomst en rabbijn S. Katzman uit Den Haag zal aansluitend Jizkor, een herdenkingsgebed, zeggen.
Onhulling
Herdacht worden twintig Joodse inwoners van Noordwijk die in de oorlog gedeporteerd werden naar de vernietigingskampen en daar omkwamen. Onder hen waren Rebecca Opdenberg, Samuel van der Kloot en Robert Jacques Zodij. Als geestelijk gehandicapten waren zij woonachtig op de Dr. Mr. Willem van den Berghstichting aan de Zwarteweg in Noordwijk. De bijeenkomst wordt plechtig afgesloten met de onthulling van een monument waar alle namen op staan vermeldt. Dit wordt gedaan door Malka Polak-Cohen van de Joodsche gemeente Leiden.
Joodse gehandicapten in de Berghstichting
Een deel van Joodse zieken en gehandicapten verbleven in specifiek Joodse ziekenhuizen en instellingen. De gegevens over hun verblijfplaats waren in het bezit van de directies van de instellingen, die de met een J gemerkte persoonsbewijzen van Joodse patiënten onder hun hoede hadden. Naar die informatie ging het Duitse Zentralstelle für Jüdische Auswanderung op zoek en met succes. Hoewel, verschillende instellingen hun medewerking weigerden, was het eind december 1942 bij de bezetter bekend dat in totaal ongeveer achtduizend Joodse patiënten in Nederland verpleegd werden. Geneesheer-directeur Jacob Jüch van de Dr. Mr. Willem van den Berghstichting had tot dan toe uit alle macht geprobeerd zijn Joodse patiënten te behoeden voor deportatie. Zijn constante tegenwerking had dusdanig de woede van de Duitsers gewekt dat hij op 8 april 1942 werd gearresteerd en beschuldigd van het hebben van een geheime bergplaats op het terrein van de stichting.
Evacuatie
Zorgcentrum Willem van den Bergh moest uiteindelijk in het najaar van 1942 geëvacueerd worden ten behoeve van de bouw van Duitse verdedigingswerken op het terrein. Voor veel bewoners is toen een alternatieve woonplaats gezocht. Een aantal van hen zijn vervolgens geplaatst in Centraal Israëlitisch Krankzinnigen gesticht het Apeldoornse Bos aan de Zutphensestraat 106 in Alpendoorn. Één van hen was Rebecca Opdenberg. Geboren op 7 september 1905 in Den Haag was zij een van de zes kinderen van Samuel Opdenberg en Rachel Lamport. Naast Rebecca waren er nog twee dochters en drie zoons in het gezin Opdenberg. In de nacht van 21 op 22 januari 1943 werd het Apeldoornse Bos onder de persoonlijke leiding van SS Haupsturmführer Ferdinand aus der Fünten leeggehaald en werden alle patiënten en personeel op transport gesteld naar het oosten. Rebecca Opdenberg was 37 jaar oud toen ze op 25 januari 1943 werd vermoord in Auschwitz. Van het gezin Opdenberg overleefden slechts een zoon en een dochter de oorlog.
Nog maar een kind
Samuel van der Kloot was nog maar een kind toen hij op 30 april 1943 op tienjarige leeftijd werd vermoord in Sobibor. Kinderen waren niet geschikt om te werken in de kampen en werden in de regel direct na aankomst door de SS vergast. Gelegen in Oost Polen bestond Sobibor van april 1942 tot november 1943. In die periode werden er ruim 34.000 Nederlandse joden vermoord. Hetzelfde lot onderging Robert Jacques Zodij. Robert was slechts achttien jaar oud toen hij samen met zijn vader en twee broers in april 1943 in het vernietigingskamp Sobibor aankwam.
We gaan er vanuit dat de steen bijdraagt aan de kennis over onze Noordwijkse geschiedenis, hoe triest deze ook is.
W. van der Lee
namens het comité gedenkteken Joodse slachtoffers.
De hoogste prijs
De namen van Rebecca Opdenberg, Samuel van der Kloot en Robert Jacques Zodij staan nu vermeldt op het monument voor weggevoerde Joodse inwoners van Noordwijk. Op het terrein van de Dr. Mr. Willem van den Berghstichting is er ter hoogte van de Pianolaan eveneens een gedenksteen te vinden met hun namen erop. Hierop staat tevens de naam van Geneesheer-directeur Jacob Jüch die had geweigerd zijn Joodse patiënten te laten registreren en uiteindelijk hiervoor de hoogste prijs moest betalen.